Te groot (struma)

U vindt hier alle informatie over een vergroting van de schildklier (struma).

Te groot (struma)

Te groot (struma)

Algemeen
Een struma is een vergroting van de hele schildklier. Deze vergroting kan gelijkmatig zijn (diffuus struma) of opgebouwd zijn uit allemaal kleine knobbeltjes (noduli). Wanneer het allemaal kleine knobbeltjes zijn wordt dit ook wel een multinodulair struma genoemd. Eens schildklierstruma zegt niets over de werking van de schildklier zelf. De werking kan zowel normaal, te traag of te snel zijn.


Klachten
Een klein struma geeft meestal geen klachten. Wanneer een struma groeit en dus groter wordt kunnen er verschillende klachten ontstaan zoals slikklachten en kortademigheid. Daarnaast kunnen er ook cosmetische bezwaren ontstaan. Een struma geeft dan een zichtbare zwelling in de hals. 


Onderzoek  en diagnose
De behandeld arts zal op basis van de klachten, lichamelijk onderzoek en een echo of CT-scan van de hals een diagnose stellen. Tevens zal er bloedonderzoek plaatsvinden om vast te stellen of er tevens sprake is van een te traag of een te snel werkende schildklier. Wanneer de schildklier te snel werkt kan een aanvullende scan ter beoordeling van jodiumopname van de schildklier (schildklierscintigrafie) nodig zijn. 

Bloedonderzoek
De schildklier maakt verschillende schildklierhormonen die kunnen worden gemeten in het bloed. Bij een nodus in de schildklier kan dit hormoon verhoogd, verlaagd of normaal zijn. Afhankelijk van deze bloeduitslag wordt een verder plan uitgewerkt.

Echo
Een echografie is een onderzoek dat gedaan wordt op de afdeling radiologie. Tijdens het onderzoek ligt u op een onderzoeksbank. Er wordt een doorzichtige gel aangebracht op de hals. Vervolgens beweegt de radioloog met een echozender over de hals. De echo-zender zendt geluidsgolven uit. Deze geluidsgolven worden teruggekaatst door het lichaam en weer opgevangen door de zender. Op een beeldscherm is dan de schildklier te zien. Met de echo wordt gekeken hoe het struma er uitziet. Het struma wordt ook opgemeten. Dit onderzoek is niet pijnlijk. U hoeft niet nuchter te zijn voor dit onderzoek.

Punctie
Om duidelijkheid te krijgen of een struma goed- of kwaadaardig is moet er in een van de bobbels (nodi) geprikt worden. Dit wordt een punctie genoemd. De radioloog kijkt met de echo waar de nodus zit en prikt dan met een naald in de nodus. Dit is te vergelijken met het afnemen van bloed uit een ader. Er wordt geen verdoving gegeven omdat de verdoving zelf ook een prik is en er dan dus twee prikken gegeven zouden moeten worden. Met de naald worden cellen opgezogen uit de nodus. Soms lukt het niet in één keer om voldoende cellen op te zuigen en is het nodig nog een keer te prikken. Er is een kleine kans dat de punctie een bloeding veroorzaakt in de hals. Als u na de punctie een toename van de zwelling in de hals opmerkt, dan moet u contact opnemen met het ziekenhuis. Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, is het belangrijk dat u dat voorafgaand aan de punctie doorgeeft aan de arts. Niet bij elke nodus is een punctie nodig.

Schildklierscan
Als de hoeveelheid schildklierhormoon in het bloed verhoogd is, wordt meestal een schildklierscan gemaakt. Dit wordt ook wel een ‘scintigrafie’ genoemd. Dit gebeurt op de afdeling nucleaire geneeskunde. Voor de schildklierscintigrafie wordt een radioactieve stof toegediend. Dit kan op verschillende manieren. Soms krijgt u een capsule met radioactief jodium die u in moet slikken. Dan moet u de volgende dag nog een keer terugkomen. De volgende dag wordt namelijk pas de scintigrafie gemaakt. Dat komt doordat de radioactieve stof eerst opgenomen moet worden door de schildklier.

Het kan ook zijn dat het radioactieve jodium ingespoten wordt in uw bloedbaan. Dan moet de stof ook even inwerken, maar dat duurt maar twintig minuten. Met de scan wordt bekeken of de schildkliernodus hormonen aanmaakt.


Behandeling
Als een goedaardig struma geen klachten geeft is behandeling niet nodig. Als er wel klachten bestaan van het struma, zijn er verschillende behandelingen mogelijk. Er kan geprobeerd worden om het struma kleiner te maken met radioactief jodium. Het effect van deze behandeling wordt na enkele weken tot maanden zichtbaar. Of jodium-behandeling mogelijk is, hangt er, onder andere, van af hoe goed het struma radioactief jodium kan opnemen. Uw internist-endocrinoloog bespreekt met u of deze behandeling geschikt voor u kan zijn.

Daarnaast is er een mogelijkheid om met een operatie de halve of de hele schildklier te verwijderen, afhankelijk van waar de vergroting zich bevindt. Deze operatie is aangewezen als jodiumbehandeling niet mogelijk is, of als er snel effect gewenst is.

Klik hier voor de patientenfolder van de Nederlandse vereniging voor Endocrinologie (NVE) over schildkliernodus en struma. 

Andere aandoeningen

Knobbel (Nodus)

AlgemeenKnobbels in de schildklier (zogenaamde schildkliernodi) komen vaak voor. Ongeveer 8% van de volwassenen heeft een voelbare knobbel in de schildklier.  25 - 40% van de...

Schildklierkanker

AlgemeenKanker is een kwaadaardige groep cellen of gezwel, ook wel een carcinoom genoemd. Deze cellen dringen het omliggende weefsel binnen en/of kunnen zich losmaken en verspreide...

Te traag

AlgemeenDe functie van de schildklier is het aanmaken van hormonen. De bekendste schildklier- hormonen zijn thyroxine (T4) en triiodothyronine (T3). Deze hormonen zijn belangrijk v...

Te snel

AlgemeenDe functie van de schildklier is het aanmaken van hormonen. De bekendste schildklier- hormonen zijn thyroxine (T4) en triiodothyronine (T3). Deze hormonen zijn belangrijk v...

Oogproblemen

AlgemeenMensen met de ziekte van Graves (te snel werkende schildklier) kunnen ook oogklachten krijgen. Dit wordt ook wel Graves orbitopathie of ofthalmopathie genoemd. De oogziekte...

Deelnemende Centra